Vanaf heden gaan we, de Commissie Natuur met hulp van omwonenden, het vossenraster weer aanbrengen in de Wilmkebreekpolder. Het vossenraster, bestaand uit 2 of 3 draden schrikdraad, wordt aangebracht rondom de percelen aan de Landsmeerderdijk, de zogenaamde ‘hooilanden’. Voor half maart willen we klaar zijn, dan kunnen de kievit, tureluur, grutto, scholekster, bergeend, grauwe gans en diverse andere watervogels er weer volop broeden en hun jongen grootbrengen. Tot de jonge vogels uitgevlogen zijn zal het raster de vossen, maar ook de huiskatten en andere grondrovers tegenhouden. De hooilanden worden pas gemaaid door boer Harry na het broedseizoen. Na het maaien breken we het vossenraster weer af.
Op een goed en productief broedseizoen!
De Commissie Natuur van de Vereniging tot Behoud van de Wilmkebreekpolder
Permanente koppeling naar dit artikel: https://www.wilmkebreek.nl/index.php/2023/02/het-vossenraster/
De gemeenteraad van Amsterdam wil de bestaande hoofdgroenstructuur gaan vernieuwen en actualiseren. In de nieuwe hoofdgroenstructuur wordt een ander systeem van groentypes-waarden-functies gehanteerd en een ander beschermingsregime. In delen van de hoofdgroenstructuur die samenvallen met zogenaamde ontwikkelingsgebieden in de stad, zullen veranderingen in de hoofdgroenstructuur gemakkelijker, maar wel onder voorwaarden, doorgevoerd kunnen worden. De Wilmkebreekpolder maakt ook deel uit van de hoofdgroenstructuur, maar is geen ontwikkelingsgebied. De polder krijgt het predicaat ‘stadsnatuurgebied’ hetgeen inhoudt dat natuur de belangrijkste ontwikkelwaarde is. Dit alles wordt beschreven in het ‘Beleidskader Hoofdgroenstructuur’ van de gemeente. Op onze website wilmkebreek.nl is nadere informatie te vinden.
Tal van verontruste Amsterdammers en organisaties vrezen dat de hoofdgroenstructuur met de nieuwe plannen te weinig bescherming geniet. Er wordt daarom in een petitie aan de gemeenteraad gevraagd om een referendum over de nieuwe groenplannen te houden. Deze petitie dient voor vrijdag 20 januari, 13:00u, bij de gemeente te zijn ingediend.
De Vereniging tot Behoud van de Wilmkebreekpolder deelt de bezorgdheid. U kunt als individueel persoon meedoen aan de petitie. Klik daartoe op onderstaande link en vul uw gegevens in (voor 20 januari, 13:00u).
Het hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) heeft onlangs bij de bewoners van de nieuwe woonwijk Klein Kadoelen een brief in de bus gedaan met als strekking, dat inmiddels begonnen is met de uitwerking van een plan om de dijk op de rand van de Wilmkebreekpolder bij Klein Kadoelen te versterken. Deze dijk is bedoeld om het water in de hooggelegen randsloot tegen te houden. Volgens HHNK is de dijk niet hoog genoeg en is de stabiliteit problematisch.
De dijk begint op het oog inderdaad zwakke plekken te vertonen: hier en daar is de kruin van de dijk (door afkalving van de oever van de randsloot) erg smal geworden. Wanneer de dijk zou inzakken zou het water uit de randsloot de polder in kunnen lopen. Daar zou het dan niet bij blijven want de randsloot staat door middel van een duiker onder de Kadoelenweg door in directe verbinding met de Waterlandse Boezem. Hierdoor zou in het extreme geval een grote waterstroom op gang kunnen komen. Zo’n vaart zal het echter niet lopen, want die duiker kan vrij eenvoudig afgesloten worden.
Volgens de tijdplanning zal HHNK het projectplan in het eerste kwartaal van 2023 ter inzage leggen en zullen de versterkingswerkzaamheden in het derde en vierde kwartaal 2023 (na de vogelbroedperiode) worden uitgevoerd. De brief van HHNK is hier in te zien. De Vereniging tot Behoud van de Wilmkebreekpolder houdt de vinger aan de pols!
Permanente koppeling naar dit artikel: https://www.wilmkebreek.nl/index.php/2022/11/versterking-dijk-bij-klein-kadoelen/
In 2022 zijn er 87 soorten insecten en spinnen waargenomen in de tuin die ik in de voorafgaande drie jaar nog niet had gezien of had kunnen fotograferen. Dit jaar heb ik me speciaal gericht op spinnen, die ik eerst min of meer links liet liggen, en op nachtvlinders. Daarmee komt het totaal van alle waarnemingen van de afgelopen vier jaar op ca 617 soorten. Het wordt leuk om zoveel soorten te vinden, maar ik inventariseer vooral, omdat ik graag wil weten waaróm ze in de tuin voorkomen. Wat doet hij daar? Wat eet hij en door wie wordt hij gegeten?
Als kind al boeide de natuur mij, ving ik bijen met 2 kopjes en groef een sloot in de tuin voor de salamanders. Toen ik 18 was, verhuisde ik naar Amsterdam om daar de ecologisch analistenopleiding te volgen. Maar met die opleiding heb ik uiteindelijk niet veel gedaan. Te veel laboratoriumwerk. Gelukkig heb ik nu de tijd en de rust om op expeditie te gaan in onze grote tuin en probeer die jungle steeds meer vanuit de ogen van insecten te bekijken.
Fotografische inventarisatie
Bij wind en bewegende insecten fotografeer ik vooral met een iPhone, heel handig. Maar als de condities optimaal zijn, maak ik met de macro-camera op statief en ringflitser een rondgang door de tuin. De gevonden soorten zoek ik via Waarneming.nl op en verifieer die op Nederlandsesoorten.nl. Daarnaast surf ik regelmatig langs verschillende sites en raadpleeg een groeiende stapel specialistische entomologische literatuur.
Inheems
De opgedane kennis over insecten en spinnen heeft weer effect op mijn manier van tuinieren. Vroeger gebruikte ik nog wel eens slakkengif, maar dat is nu uit den boze. Inheemse planten worden veel meer gekoesterd en ik kweek ze nu ook. Ik koop zaad bij Cruydthoeck (https://www.cruydthoeck.nl) of neem het zaad mee als ik bij een wandeling of fietstocht mooie exemplaren vindt. Bij Zaaisite (https://www.zaaisite.nl) zoek ik op hoe ik ze kan opkweken. Dan nog een jaartje uitproberen of ze door de slakkenproef komen en dan kan ik kijken hoe ze opgenomen kunnen worden in de tuin. Heeft de plant arme of rijke grond nodig, zon of schaduw, vochtige bodem of moet hij juist droog staan. Al deze mogelijkheden zijn inmiddels wel aanwezig. Bloemen van inheemse planten zijn kleiner en ze bloeien vaak korter, maar het is onontbeerlijk voedsel voor insecten, die weer allerlei andere dieren aantrekken. Het aantal cultivars wordt kleiner, maar ze zijn nog steeds ruim aanwezig. Je wilt ten slotte ook kleur in de tuin, zoals de margrietdahlia Bishop of Llandaff, een goede hommelplant.
Trend
Wat opvalt is dat er steeds meer soorten uit het zuiden voorkomen, zoals de Zuidelijk boomsprinkhaan, dat is ook wel logisch met de toenemende warmte. Ik vond haar – goed te zien aan de legbuis – gisteravond bij het raamkozijn. Ik dacht eerst dat het een nimf was, een onvolwassen exemplaar zonder vleugels, maar het blijkt dat deze soort helemaal niet kan vliegen. Ze kunnen zich wel goed vasthouden aan de lak van auto’s en liften zo mee op (vracht)auto’s.
Lees meer over de opmars van de Zuidelijke boomsprinkhaan bij het CBS.
Donderdag 30 september werd de Vogelatlas van Amsterdam gepresenteerd aan pers, beleidsmakers en alle tellers en betrokkenen. Hieronder de resultaten en aanbevelingen op grond van dit onderzoek naar broedvogels en wintervogels in Amsterdam.
ResultatenAanbevelingen
De Vogelatlas van Amsterdam is te bestellen via www.vogelsamsterdam.nl; kosten €34,90.
Permanente koppeling naar dit artikel: https://www.wilmkebreek.nl/index.php/2022/10/de-nieuwe-vogelatlas-van-amsterdam/
Ik heb het idee dat er dit jaar zo weinig (Tijger)langpootmuggen zijn en heb daar al eerder in een blog over geschreven. Dit jaar vond ik er maar enkele. Nu zijn flinke fluctuaties in aantallen en soorten insecten niet ongewoon heb ik gemerkt en misschien kan ik ook beter ’s avonds zoeken, want dan zijn ze veel actiever. Hoewel ik uitging van een onderbuikgevoel, ben ik toch eens gaan zoeken of er literatuur is over het voorkomen van langpootmuggen (Tipulidae) en vond een artikel van 13 juni 2022 bij Landschap Noord-Holland.
Dit artikel gaat over het verdwijnen van langpootmuggen en het belang van de emelt, hun larve, als voedsel voor veel (weide-)vogels.
Tijgers zijn (Tijger)langpootmuggen en behalve de Zigzagtijger zijn ze allemaal niet zo algemeen. Andere soorten langpootmuggen, zoals de Kool-langpoortmug zijn veel algemener. Het zijn allemaal onhandige vliegers, waarbij de windrichting lijkt te bepalen welke kant ze op vliegen. De volwassen exemplaren eten niet en drinken hooguit wat vocht. Ze leven maar kort (een paar dagen tot hooguit 3 weken) en dan is het zaak snel een partner vinden. En daarna is het een kwestie van er alles uithalen wat erin zit. De paring duurt tussen de 2 en 4 uur (of langer), waarbij ze elkaar stimuleren door bepaalde haren en uitsteeksels tegen elkaars gevoelige delen te bewegen…
Het vrouwtje zet de eieren af in de buurt van de voedselbron van haar larven. Na 14 dagen komt de emelt uit het ei en begint te eten. En het zijn flinke eters! De ene soort leeft achter de schors van bomen, de ander in mos of afstervend en rottend loofhout en plantenmateriaal. Sommige emelten leven juist van grassen, van zaailingen van bomen of van jonge gewassen. Elke soort Tijger heeft zo zijn eigen plekje in de natuur gevonden. Volgevreten emelten zijn een lekker snack voor veel vogels (uit: De Europese families van muggen en vliegen door Pjotr Oostenbroek e.a., pag. 163, KNNV uitgeverij).
Emelten houden over het algemeen van een hoge luchtvochtigheid om te kunnen leven en verpoppen. Ze blijven actief tot vlak boven het vriespunt. Langdurige droogte overleven ze niet en warmer als 27 graden vinden ze ook niet fijn. Dus die langdurige warme en droge zomers betekent niet veel goeds voor Tijgers en veel (weide-)vogels.
Vanwege de verwachte regen en harde wind moeten we de vleermuiswandeling vanavond uitstellen. Vanavond zal geen vleermuis het luchtruin kiezen. We stellen de wandeling uit naar het voorjaar van 2023.
Stadsecoloog Koen Wonders zal volgende voorjaar alsnog de wandeling begeleiden. We houden jullie op de hoogte van de datum of datums van de vleermuiswandeling.
Permanente koppeling naar dit artikel: https://www.wilmkebreek.nl/index.php/2022/09/helaas-geen-vleermuizen-vanavond-16-september/
De gemeente Amsterdam heeft in 2022 voor het gebied Noord-West een budget van € 320.068,- beschikbaar gesteld voor het op wijkniveau uitvoeren van sociale en groene plannen. Bewoners konden in het begin van het jaar plannen indienen, waarop vervolgens op de website van de gemeente een stem kon worden uitgebracht. De plannen waar de bewoners een voorkeur voor hebben aangegeven, zijn inmiddels bekend gemaakt. In totaal hebben 2472 bewoners een stem uitgebracht. Van de 61 ingediende plannen bleken er 35 haalbaar en kunnen er 17 met het beschikbare budget worden gerealiseerd. In onze buurt Kadoelen – Oostzanerwerf is een budget toegekend aan een plan voor aanleg van een voedseltuin bij het Jacob Groenplantsoen en aan een plan voor realisatie van een avonturenpad in buurttuin Kadoelen (bij buurthuis Kadoelen). Voor meer informatie zie de website: https://buurtbudgetnoord.amsterdam.nl/noordwest
Avonturenpad buurttuin KadoelenVoedseltuin Jacob Groenplantsoen
Permanente koppeling naar dit artikel: https://www.wilmkebreek.nl/index.php/2022/09/buurtplannen/
Het is begin september en nog steeds heerlijk zomers. Ideaal voor sprinkhanen en sprinkhaanvliegen, want die houden wel van zonnig, warm en droog weer. Zuidelijke soorten komen de laatste tijd steeds noordelijker voor, zoals het Zuidelijk spitskopje (en de Sprinkhaanvlieg). Het moet wel lekker warm zijn, dus zul je ze pas later in de zomer zien. Omdat steden als warmte-eilanden fungeren, is er een grote kans om ze ook daar te vinden.
In tegenstelling tot nectar-etende insecten gaat het over het algemeen goed met de meeste soorten sprinkhanen, zowel in aantallen als in de verspreiding, waarbij de zuidelijke soorten de noordelijke kunnen verdringen (zie CBS).
Kortweg kun je sprinkhanen in twee groepen indelen, de lang- en kortsprietigen. Sabelsprinkhanen zijn langsprietigen. In de tuin vond ik de Struik- en Boomsprinkhaan, de Grote groene sabelsprinkhaan en het Zuidelijk spitskopje. De vrouwtjes van deze vier soorten hebben een sabelvormige legbuis om eitjes in de grond te leggen. Ze eten zowel planten als andere insecten.
Van de kortsprietigen (waaronder ook Treksprinkhanen) vond ik alleen Veldsprinkhanen als de Bruine sprinkhaan (moeilijk te determineren vanaf foto) en de Ratelaar. Veldsprinkhanen zijn vegetarisch. Hun eitjes worden vooral afgezet in stengels van grasachtige planten en kruiden.
De sprinkhaanvlieg
En vorige week zag ik ineens 4 sprinkhaanvliegen. In 2019 zag ik er 1x eentje. Toen ik dat de sprinkhanenspecialist vertelde op de Wilmkebreek inventarisatie in de zomer van 2020, leek hij verrast dat ze hier al gevonden werden. Afgelopen week zaten er al enkele dagen drie mannetjes en één vrouwtje. Het gekke is dat ze steeds in de rozen te vinden zijn, terwijl ze bij andere waarnemingen juist op Boerenwormkruid, Kruiskruidsoorten, Distels en Koninginnekruid gezien werden. Als je naar deze tropische bromvlieg kijkt, dan lijkt het wel wat op een daas met al die strepen op hun ogen.
Oorspronkelijk leven ze in (half)woestijnen in Zuid-Europa en Afrika en parasiteren ze op Treksprinkhanen, maar die zijn hier al lang geleden verdwenen. Het vrouwtje legt dan eitjes in de buurt van eipakketten van die Treksprinkhaan. De larven van de Sprinkhaanvlieg leven van de eipakketten.
Deze vlieg werd in 1990 voor het eerst in ons land gezien. Tot en met 2008 werden jaarlijks 1 tot 3 waarnemingen gemeld. Daarna nam het aantal gestaag toe.
Het is nog onduidelijk of de Sprinkhaanvlieg zich überhaupt in Noord-Europa kan voortplanten en het is nog onduidelijk welke andere sprinkhaan dan als prooi dient. De vliegen kun je vooral bij een warme, zonnige zomer zien. Mijn waarnemingen zijn van eind augustus – begin september. Het zijn goede vliegers en inmiddels zijn er waarnemingen in het zuiden van Scandinavië…
Henk van Alst en Nynke de Vries van de Commissie Natuur hebben in 2020 en 2021 als tellers meegewerkt aan de binnenkort te verschijnen Vogelatlas Amsterdam.
Je kunt voorinschrijven voor deze atlas bij de VWG Amsterdam (Vogelwerkgroep Amsterdam).