Blog 20 – De Sprinkhaan(vlieg)

Het is begin september en nog steeds heerlijk zomers. Ideaal voor sprinkhanen en sprinkhaanvliegen, want die houden wel van zonnig, warm en droog weer. Zuidelijke soorten komen de laatste tijd steeds noordelijker voor, zoals het Zuidelijk spitskopje (en de Sprinkhaanvlieg). Het moet wel lekker warm zijn, dus zul je ze pas later in de zomer zien. Omdat steden als warmte-eilanden fungeren, is er een grote kans om ze ook daar te vinden.

In tegenstelling tot nectar-etende insecten gaat het over het algemeen goed met de meeste soorten sprinkhanen, zowel in aantallen als in de verspreiding, waarbij de zuidelijke soorten de noordelijke kunnen verdringen (zie CBS).

Kortweg kun je sprinkhanen in twee groepen indelen, de lang- en kortsprietigen. Sabelsprinkhanen zijn langsprietigen. In de tuin vond ik de Struik- en Boomsprinkhaan, de Grote groene sabelsprinkhaan en het Zuidelijk spitskopje. De vrouwtjes van deze vier soorten hebben een sabelvormige legbuis om eitjes in de grond te leggen. Ze eten zowel planten als andere insecten.

Van de kortsprietigen (waaronder ook Treksprinkhanen) vond ik alleen Veldsprinkhanen als de Bruine sprinkhaan (moeilijk te determineren vanaf foto) en de Ratelaar. Veldsprinkhanen zijn vegetarisch. Hun eitjes worden vooral afgezet in stengels van grasachtige planten en kruiden.

De sprinkhaanvlieg

En vorige week zag ik ineens 4 sprinkhaanvliegen. In 2019 zag ik er 1x eentje. Toen ik dat de sprinkhanenspecialist vertelde op de Wilmkebreek inventarisatie in de zomer van 2020, leek hij verrast dat ze hier al gevonden werden. Afgelopen week zaten er al enkele dagen drie mannetjes en één vrouwtje. Het gekke is dat ze steeds in de rozen te vinden zijn, terwijl ze bij andere waarnemingen juist op Boerenwormkruid, Kruiskruidsoorten, Distels en Koninginnekruid gezien werden. Als je naar deze tropische bromvlieg kijkt, dan lijkt het wel wat op een daas met al die strepen op hun ogen. 

Oorspronkelijk leven ze in (half)woestijnen in Zuid-Europa en Afrika en parasiteren ze op Treksprinkhanen, maar die zijn hier al lang geleden verdwenen. Het vrouwtje legt dan eitjes in de buurt van eipakketten van die Treksprinkhaan. De larven van de Sprinkhaanvlieg leven van de eipakketten.

Deze vlieg werd in 1990 voor het eerst in ons land gezien. Tot en met 2008 werden jaarlijks 1 tot 3 waarnemingen gemeld. Daarna nam het aantal gestaag toe.

Het is nog onduidelijk of de Sprinkhaanvlieg zich überhaupt in Noord-Europa kan voortplanten en het is nog onduidelijk welke andere sprinkhaan dan als prooi dient. De vliegen kun je vooral bij een warme, zonnige zomer zien. Mijn waarnemingen zijn van eind augustus – begin september. Het zijn goede vliegers en inmiddels zijn er waarnemingen in het zuiden van Scandinavië…

Ga voor meer info naar https://www.eis-nederland.nl/sprinkhanen

Henk van Alst, henk@wilmkebreek.nl

Permanente koppeling naar dit artikel: https://www.wilmkebreek.nl/index.php/2022/09/blog-20-de-sprinkhaanvlieg/